Hallo,
Graag stel ik jullie voor aan Fred...
Fred is sinds kort mijn nieuwe handpop. Fred is een zelfgemaakte handpop.
Fred en ik gaan nog veel plezier beleven in de kleuterklas.
In het vak geïntegreerde muzische vorming krijg je tips en voorbeelden van hoe je het beste werkt met een handpop.
Zelf zocht ik ook nog wat informatie op het internet over handpoppen, en kwam zo op volgende site terecht: http://www.handpop.nl/index.html#.VWBpu_KJjwo
Op deze site vind je een waaier aan mogelijkheden i.v.m. de keuze van poppen en hoe je ze het beste gebruikt.
Er hangt wel een prijskaartje aan vast om een pop via deze site te kopen. Soms is het niet altijd mogelijk om je handpop zelf te maken zoals ik heb ondervonden. Mocht je toch een handpop kopen en je wil kleertjes voor je handpop, dan kan je eventueel in de kast van je kinderen gaan zoeken of in je eigen kleerkast. Misschien vind je wel spulletjes die je niet meer nodig hebt.
Poppenkleren zijn kostelijk zeker als jouw handpop regelmatig iets nieuw wil aantrekken. Daarom kan ik je aanraden om in de goedkopere kledingwinkels te gaan kijken.
De mogelijkheden voor het gebruik van een handpop zijn oneindig in het kleuteronderwijs.
Veel plezier!
juf Joyce
Bron afbeelding: ikzelf
woensdag 8 juli 2015
donderdag 2 juli 2015
Welterusten... Kleine Beer
Hallo!
Voor het vak muzische grondhouding is het de bedoeling een muzische voorstelling uit te werken voor een publiek van minstens 5 kinderen. Het boek dat ik gebruik voor mijn muzische voorstelling is 'Welterusten... Kleine Beer'.
Het is de bedoeling om een volledige uitgewerkte opdracht te maken. De opdracht bestaat uit 4 onderdelen.
Aangezien het filmpje te groot is om hierop te plaatsen heb ik een foto genomen van een stukje uit het filmpje.
Hieronder vindt u het scenario van mijn muzische voorstelling.
Het poppenspel vindt plaats in mijn ouderlijke woning waar ik de woonkamer heb omgetoverd tot het berenhol.
Als de ouders toekomen met hun kinderen verwelkom ik hen, en als alle kinderen aanwezig zijn laat ik de ouders van de kinderen achter bij één van mijn ouders in de keuken en neem ik de kinderen mee naar het berenhol (de woonkamer).
Ik doe mijn berenpak aan. Het materiaal staat klaar. De kinderen nemen op een kussentje dat op de grond ligt, plaats.
In het berenhol staat een rieten mand als bed voor de Kleine Beer, een stoel voor Grote Beer, kussentjes voor de kinderen en de lantaarns.
Grote Beer = ikzelf verkleed in beer
Kleine Beer = knuffelbeer
1. Introductie
Hallo allemaal, ik ben Joyce en vandaag kom ik jullie een verhaaltje vertellen over Grote Beer en Kleine Beer.
2. Verhaal
Er waren eens twee beren Grote Beer en Kleine Beer.
De hele dag hadden ze buiten gespeeld.
Maar toen de zon onderging, besloten ze om naar binnen te gaan, naar hun berenhol.
Grote Beer bracht Kleine Beer naar zijn bed. (ik loop met Kleine Beer naar bed)
Welterusten Kleine Beer, tot morgen.
Grote Beer: ging terug bij het haardvuur zitten lezen. (eigen stem + Grote Beer loopt terug naar zijn stoel)
Grote Beer leest in zijn boek.
Maar slapen ging Kleine Beer niet.
Grote Beer legde zijn boek neer en ging naar het bed.
Grote Beer: “Wat is er Kleine Beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ik kan niet slapen. Ik ben bang.” (intonatie)
Grote Beer: “Waarvoor ben je bang, Kleine Beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Het is zo donker!” (intonatie)
Grote Beer: “Donker, waar dan?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Nou, overal is het zo donker, kijk maar.” (intonatie)
Grote Beer keek rond.
En zag dat Kleine Beer gelijk had
Grote Beer: “Weet je wat Kleine Beer ? Ik heb een idee, ik ga een kleine lantaarn voor je gaan halen. Is dat goed? “
Kleine Beer: “Ja.”
Grote Beer haalde een kleine lantaarn.
Grote Beer: “Kijk eens, Kleine Beer, wat ik voor je bij me heb, ik heb een kleine lantaarn voor je meegebracht. Is dat goed ?.” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ja, dank je wel hoor.” (intonatie)
Grote Beer zette de kleine lantaarn naast het bed van Kleine Beer neer.
Grote Beer: “Nu moet je echt gaan slapen hé, Kleine Beer.” (eigen stem)
Grote Beer: “Slaapwel, tot morgen.” (eigen stem)
En Grote Beer ging weer bij het haardvuur zitten lezen.
Grote Beer zuchtte, en legde terug zijn boek neer.
Kleine Beer ging nog altijd niet slapen.
Grote Beer stapte opnieuw naar het bed van Kleine Beer
Grote Beer: “Wat is er Kleine Beer? Kan je niet slapen?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Nee, ik ben bang.” (intonatie)
Grote Beer: “Waarvoor ben je bang, Kleine Beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Het is zo donker!” (intonatie)
Grote Beer: “Donker, waar dan?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Nou, overal is het zo donker.” (intonatie)
Grote Beer: “Maar ik heb al een lantaarn voor je aangestoken?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Maar het is nog altijd zo donker, Grote Beer.” (intonatie)
Grote Beer: “ Weet je wat, Kleine Beer? Ik zal nog een grotere lantaarn voor je gaan halen, wat denk je? ( eigen stem)
Kleine Beer: “Dat is een heel goed idee, Grote Beer. Dank je wel.” (intonatie)
Grote Beer ging op zoek naar een grotere lantaarn voor Kleine Beer.
Grote Beer: “Kijk eens wat ik voor je bij me heb, Kleine Beer. Ik heb een grotere lantaarn voor je meegebracht, is dat goed?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ja, dank je wel.” (intonatie)
Grote Beer zette de grotere lantaarn naast het bed van Kleine Beer neer.
Grote Beer: “Nu moet je echt gaan slapen hé, Kleine Beer. Slaapwel, tot morgen.” (eigen stem)
Grote Beer ging terug bij het haardvuur zitten om te lezen.
Grote Beer zuchtte. Kleine Beer wilde nog steeds niet slapen.
Hoe hard Kleine Beer ook zijn best deed, slapen kon hij niet.
Grote Beer besloot om nogmaals zijn boek neer te leggen, en terug naar het bed van Kleine Beer te gaan.
Grote Beer: “Wat is er Kleine Beer ?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ik ben bang.” (intonatie)
Grote Beer: “Waarvoor ben je bang, Kleine Beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Wel, het is zo donker!” (intonatie)
Grote Beer: “Donker, waar dan?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Nou, overal, kijk maar.” (intonatie)
Kijk maar overal eens rond zei ik tegen de kinderen, het is hier zo donker.
Grote Beer: “Maar Kleine Beer ik heb al twee Kleine lantaarntjes voor je aangestoken. Nu is het toch echt niet meer donker? ” (eigen stem)
Grote Beer: “ Wel, weet je wat Kleine Beer ik zal nog een grotere lantaarn voor je gaan halen, wat denk je? (eigen stem)
Kleine Beer: “Ok, Grote Beer.” (intonatie)
Grote Beer ging op zoek naar een nog grotere lantaarn.
Grote Beer: “ Kijk eens Kleine Beer, ik heb een nog grotere lantaarn voor je meegebracht, wat denk je, is dat goed ?” (eigen stem)
Kleine Beer: “ Ja, dank je wel hoor.” (intonatie)
Grote Beer: “ Ik zet de lantaarn naast je bed neer.” (eigen stem)
Grote Beer: “ Maar nu moet je echt wel slapen hé, Kleine Beer.” ( eigen stem)
Kleine Beer: “Ok, Grote Beer, dank je wel.” ( intonatie)
Grote Beer: “Slaapwel Kleine Beer, tot morgen.” (eigen stem)
Grote Beer zette zich terug bij het haardvuur om verder te lezen.
Maar wat Kleine Beer ook probeerde, slapen deed hij niet.
Grote Beer bromde, nu zal ik terug maar eens naar het bed van Kleine Beer gaan, zeker? Hij legde zijn boek neer en stapte naar het bed.
Grote Beer: “Wat is er, Kleine Beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ik ben bang.” (intonatie)
Grote Beer: “Waarvoor ben je bang, Kleine beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Het is zo donker!” (intonatie)
Grote Beer: “Maar ik heb al drie lantaarns voor je aangestoken, Kleine Beer.” (eigen stem)
Kleine Beer wees naar buiten.
Kleine Beer: “Daar is het ook zo donker.” (intonatie)
Grote Beer: “Maar je hoeft helemaal niet bang te zijn, Kleine Beer. Weet je wat, we zullen samen voor het haardvuur gaan zitten, wat denk je ? Is dat goed ? ” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ja.” (intonatie)
Grote Beer nam Kleine Beer aan zijn hand mee tot aan de stoel voor het haardvuur.
Grote Beer las uit het boek voor.
Kleine Beer viel in slaap.
Ik vroeg aan de kinderen om allemaal eens slaapwel te zeggen tegen Kleine Beer.
Grote Beer bracht Kleine Beer terug naar bed.
Grote Beer: “En nu moeten we heel stil zijn voor Kleine Beer.”
3. Liedje als afsluiter + bij het naar buiten gaan krijgen de kinderen allemaal een zakje koekjes.
Zo, en het verhaaltje is uit. Luisteren we nog eens naar een liedje over twee beren ?
Reactie kinderen.
Samen met de kinderen liedje zingen en meebewegen op het liedje van "Ik zag twee beren".
Grote Beer: “ Zwaai maar eens allemaal naar de camera, salut.” (eigen stem)
De kinderen zwaaien.
Ik vond het een zeer leuke opdracht om uit te voeren. Ik heb het echte verhaal op een aantal punten herwerkt zoals je kan lezen in het scenario. Tof om te zien hoe de kinderen hiervan genieten en hier helemaal in meegaan, ook hoe ze vragen stellen.
Groetjes
juf Joyce
Bron afbeeldingen: ikzelf
Voor het vak muzische grondhouding is het de bedoeling een muzische voorstelling uit te werken voor een publiek van minstens 5 kinderen. Het boek dat ik gebruik voor mijn muzische voorstelling is 'Welterusten... Kleine Beer'.
![]() |
Kaft Welterusten... Kleine Beer |
- Foto van de kaft
- Mindmap maken
- COCD - box maken
- Scenario
Aangezien het filmpje te groot is om hierop te plaatsen heb ik een foto genomen van een stukje uit het filmpje.
![]() |
Ikzelf in mijn berenpak |
Hieronder vindt u het scenario van mijn muzische voorstelling.
Het poppenspel vindt plaats in mijn ouderlijke woning waar ik de woonkamer heb omgetoverd tot het berenhol.
Als de ouders toekomen met hun kinderen verwelkom ik hen, en als alle kinderen aanwezig zijn laat ik de ouders van de kinderen achter bij één van mijn ouders in de keuken en neem ik de kinderen mee naar het berenhol (de woonkamer).
Ik doe mijn berenpak aan. Het materiaal staat klaar. De kinderen nemen op een kussentje dat op de grond ligt, plaats.
In het berenhol staat een rieten mand als bed voor de Kleine Beer, een stoel voor Grote Beer, kussentjes voor de kinderen en de lantaarns.
Grote Beer = ikzelf verkleed in beer
Kleine Beer = knuffelbeer
1. Introductie
Hallo allemaal, ik ben Joyce en vandaag kom ik jullie een verhaaltje vertellen over Grote Beer en Kleine Beer.
2. Verhaal
Er waren eens twee beren Grote Beer en Kleine Beer.
De hele dag hadden ze buiten gespeeld.
Maar toen de zon onderging, besloten ze om naar binnen te gaan, naar hun berenhol.
Grote Beer bracht Kleine Beer naar zijn bed. (ik loop met Kleine Beer naar bed)
Welterusten Kleine Beer, tot morgen.
Grote Beer: ging terug bij het haardvuur zitten lezen. (eigen stem + Grote Beer loopt terug naar zijn stoel)
Grote Beer leest in zijn boek.
Maar slapen ging Kleine Beer niet.
Grote Beer legde zijn boek neer en ging naar het bed.
Grote Beer: “Wat is er Kleine Beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ik kan niet slapen. Ik ben bang.” (intonatie)
Grote Beer: “Waarvoor ben je bang, Kleine Beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Het is zo donker!” (intonatie)
Grote Beer: “Donker, waar dan?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Nou, overal is het zo donker, kijk maar.” (intonatie)
Grote Beer keek rond.
En zag dat Kleine Beer gelijk had
Grote Beer: “Weet je wat Kleine Beer ? Ik heb een idee, ik ga een kleine lantaarn voor je gaan halen. Is dat goed? “
Kleine Beer: “Ja.”
Grote Beer haalde een kleine lantaarn.
Grote Beer: “Kijk eens, Kleine Beer, wat ik voor je bij me heb, ik heb een kleine lantaarn voor je meegebracht. Is dat goed ?.” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ja, dank je wel hoor.” (intonatie)
Grote Beer zette de kleine lantaarn naast het bed van Kleine Beer neer.
Grote Beer: “Nu moet je echt gaan slapen hé, Kleine Beer.” (eigen stem)
Grote Beer: “Slaapwel, tot morgen.” (eigen stem)
En Grote Beer ging weer bij het haardvuur zitten lezen.
Grote Beer zuchtte, en legde terug zijn boek neer.
Kleine Beer ging nog altijd niet slapen.
Grote Beer stapte opnieuw naar het bed van Kleine Beer
Grote Beer: “Wat is er Kleine Beer? Kan je niet slapen?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Nee, ik ben bang.” (intonatie)
Grote Beer: “Waarvoor ben je bang, Kleine Beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Het is zo donker!” (intonatie)
Grote Beer: “Donker, waar dan?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Nou, overal is het zo donker.” (intonatie)
Grote Beer: “Maar ik heb al een lantaarn voor je aangestoken?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Maar het is nog altijd zo donker, Grote Beer.” (intonatie)
Grote Beer: “ Weet je wat, Kleine Beer? Ik zal nog een grotere lantaarn voor je gaan halen, wat denk je? ( eigen stem)
Kleine Beer: “Dat is een heel goed idee, Grote Beer. Dank je wel.” (intonatie)
Grote Beer ging op zoek naar een grotere lantaarn voor Kleine Beer.
Grote Beer: “Kijk eens wat ik voor je bij me heb, Kleine Beer. Ik heb een grotere lantaarn voor je meegebracht, is dat goed?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ja, dank je wel.” (intonatie)
Grote Beer zette de grotere lantaarn naast het bed van Kleine Beer neer.
Grote Beer: “Nu moet je echt gaan slapen hé, Kleine Beer. Slaapwel, tot morgen.” (eigen stem)
Grote Beer ging terug bij het haardvuur zitten om te lezen.
Grote Beer zuchtte. Kleine Beer wilde nog steeds niet slapen.
Hoe hard Kleine Beer ook zijn best deed, slapen kon hij niet.
Grote Beer besloot om nogmaals zijn boek neer te leggen, en terug naar het bed van Kleine Beer te gaan.
Grote Beer: “Wat is er Kleine Beer ?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ik ben bang.” (intonatie)
Grote Beer: “Waarvoor ben je bang, Kleine Beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Wel, het is zo donker!” (intonatie)
Grote Beer: “Donker, waar dan?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Nou, overal, kijk maar.” (intonatie)
Kijk maar overal eens rond zei ik tegen de kinderen, het is hier zo donker.
Grote Beer: “Maar Kleine Beer ik heb al twee Kleine lantaarntjes voor je aangestoken. Nu is het toch echt niet meer donker? ” (eigen stem)
Grote Beer: “ Wel, weet je wat Kleine Beer ik zal nog een grotere lantaarn voor je gaan halen, wat denk je? (eigen stem)
Kleine Beer: “Ok, Grote Beer.” (intonatie)
Grote Beer ging op zoek naar een nog grotere lantaarn.
Grote Beer: “ Kijk eens Kleine Beer, ik heb een nog grotere lantaarn voor je meegebracht, wat denk je, is dat goed ?” (eigen stem)
Kleine Beer: “ Ja, dank je wel hoor.” (intonatie)
Grote Beer: “ Ik zet de lantaarn naast je bed neer.” (eigen stem)
Grote Beer: “ Maar nu moet je echt wel slapen hé, Kleine Beer.” ( eigen stem)
Kleine Beer: “Ok, Grote Beer, dank je wel.” ( intonatie)
Grote Beer: “Slaapwel Kleine Beer, tot morgen.” (eigen stem)
Grote Beer zette zich terug bij het haardvuur om verder te lezen.
Maar wat Kleine Beer ook probeerde, slapen deed hij niet.
Grote Beer bromde, nu zal ik terug maar eens naar het bed van Kleine Beer gaan, zeker? Hij legde zijn boek neer en stapte naar het bed.
Grote Beer: “Wat is er, Kleine Beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ik ben bang.” (intonatie)
Grote Beer: “Waarvoor ben je bang, Kleine beer?” (eigen stem)
Kleine Beer: “Het is zo donker!” (intonatie)
Grote Beer: “Maar ik heb al drie lantaarns voor je aangestoken, Kleine Beer.” (eigen stem)
Kleine Beer wees naar buiten.
Kleine Beer: “Daar is het ook zo donker.” (intonatie)
Grote Beer: “Maar je hoeft helemaal niet bang te zijn, Kleine Beer. Weet je wat, we zullen samen voor het haardvuur gaan zitten, wat denk je ? Is dat goed ? ” (eigen stem)
Kleine Beer: “Ja.” (intonatie)
Grote Beer nam Kleine Beer aan zijn hand mee tot aan de stoel voor het haardvuur.
Grote Beer las uit het boek voor.
Kleine Beer viel in slaap.
Ik vroeg aan de kinderen om allemaal eens slaapwel te zeggen tegen Kleine Beer.
Grote Beer bracht Kleine Beer terug naar bed.
Grote Beer: “En nu moeten we heel stil zijn voor Kleine Beer.”
3. Liedje als afsluiter + bij het naar buiten gaan krijgen de kinderen allemaal een zakje koekjes.
Zo, en het verhaaltje is uit. Luisteren we nog eens naar een liedje over twee beren ?
Reactie kinderen.
Samen met de kinderen liedje zingen en meebewegen op het liedje van "Ik zag twee beren".
Grote Beer: “ Zwaai maar eens allemaal naar de camera, salut.” (eigen stem)
De kinderen zwaaien.
Ik vond het een zeer leuke opdracht om uit te voeren. Ik heb het echte verhaal op een aantal punten herwerkt zoals je kan lezen in het scenario. Tof om te zien hoe de kinderen hiervan genieten en hier helemaal in meegaan, ook hoe ze vragen stellen.
Groetjes
juf Joyce
Bron afbeeldingen: ikzelf
woensdag 1 juli 2015
Tips voor leerkrachten
Hallo iedereen,
Deze tip is voor leerkrachten of studenten onderwijs, maar als er leerlingen zijn die dit leuk vinden, kunnen zij de tip altijd doorspelen aan hun juffen en leerkrachten.
Elke dag proberen we om onze kleuters te inspireren en te motiveren. Een hele uitdaging!
In mijn zoektocht kwam ik vzw Spelenderwijzer tegen en ik vond dit een heel leuk initiatief om op poten te zetten. Ze hebben een heel tof aanbod voor jong en oud. Zowel theaterstukken, als muzikale spelvormen, workshops, culturele voorstellen, etc. Hun doel is om zoveel mogelijk mensen, op een spelende manier, te laten kennis maken met dit alles. Cultuur en wetenschap staan centraal.
Graag zet ik voor wetenschappen de proefmobiel 'Spelenderwijzer' in de kijker.
Op een heel toffe manier brengt een wetenschapper een kar vol boeiende experimenten naar de klas.
De kleuters mogen mee experimenteren en worden als het ware ook wetenschappers.
Zelf ga ik dan werken met een diploma dat de kleuters krijgen als ze hun experimenten hebben volbracht.
Speelderwijzer worden er voor de leerkrachten navormingen aangeboden waar er tips gegeven worden en werkvormen die onmiddellijk in de klas kunnen toegepast worden.
Hieronder vindt u een filmpje van de proefmobiel en een link naar de website.
Veel plezier!
Deze tip is voor leerkrachten of studenten onderwijs, maar als er leerlingen zijn die dit leuk vinden, kunnen zij de tip altijd doorspelen aan hun juffen en leerkrachten.
Elke dag proberen we om onze kleuters te inspireren en te motiveren. Een hele uitdaging!
In mijn zoektocht kwam ik vzw Spelenderwijzer tegen en ik vond dit een heel leuk initiatief om op poten te zetten. Ze hebben een heel tof aanbod voor jong en oud. Zowel theaterstukken, als muzikale spelvormen, workshops, culturele voorstellen, etc. Hun doel is om zoveel mogelijk mensen, op een spelende manier, te laten kennis maken met dit alles. Cultuur en wetenschap staan centraal.
Graag zet ik voor wetenschappen de proefmobiel 'Spelenderwijzer' in de kijker.
Op een heel toffe manier brengt een wetenschapper een kar vol boeiende experimenten naar de klas.
De kleuters mogen mee experimenteren en worden als het ware ook wetenschappers.
Zelf ga ik dan werken met een diploma dat de kleuters krijgen als ze hun experimenten hebben volbracht.
Speelderwijzer worden er voor de leerkrachten navormingen aangeboden waar er tips gegeven worden en werkvormen die onmiddellijk in de klas kunnen toegepast worden.
Hieronder vindt u een filmpje van de proefmobiel en een link naar de website.
Veel plezier!
Bron filmpje: Claes,p. (2011, 8 maart). Proefmobiel spelenderwijzer.[video bestand]. Geraadpleegd op 26 juni 2015, via https://www.youtube.com/watch?v=_-3D0viuLz0
Abonneren op:
Posts (Atom)